‘Wodka-Martini, graag! Met een schijfje citroen.’ Zo bestelde James Bond zijn favoriete cocktail, in de Nederlandse vertaling van Goldfinger. Kenners wisten wel beter; zo zedig dronk 007 dat drankje niet. In het origineel gaat het om een krul van een citroenschil. En dan moet het vermouthoudende drankje, tegen alle conventies in, ook nog worden geschud, in plaats van geroerd. Een gouden greep die duurzaam is gebleken. Zelfs verstokte wijn- of bierdrinkers kunnen, vijftig jaar na het uitkomen van de gelijknamige film, het recept nog steeds opdreunen. Die cocktail zal ongetwijfeld op de juiste wijze worden geserveerd tijdens de expositie over de beroemde gefictionaliseerde spion die begin oktober in Kunsthal Rotterdam van start gaat.
Ian Fleming, bedenker van James Bond, was zelf ook gek op goud. Zijn buitenhuis op Jamaica doopte hij ‘Golden Eye’ en de secretaresse van Bond tooide hij met gouden krullen. In de ‘Man met de Gouden Revolver’ beschiet de schurk zijn belagers met gouden kogels. Een manier om te sterven waarbij niet op een cent wordt gekeken, dat wel!
Fleming wist hoe goed goud de geneugten des levens bereikbaar kon maken. Zijn weergave van de gevoelens van een legerofficier die aan het einde van de Tweede Wereldoorlog een stel goudstaven heeft ontdekt die nazi’s hebben verstopt, doen derhalve heel autobiografisch aan. ‘Hij kreunde van genoegen…het hoofd vol Bentley’s, Monte Carlo, Cartier, champagne, kaviaar en…een nieuw stel Henry Cotton golfsticks’.
Voor Goldfinger heeft goud weer een heel andere dimensie. ‘Ik ben verliefd op goud geweest. Ik houd van de kleur, de glans, de molligheid en de goddelijke zwaarte’ bekent de obsessieve bezitter van het edelmetaal dat hij overigens zeer onedel wenst te vermeerderen. Zo zeker is hij van zijn zaak dat hij het aanbod van de spion om ‘te praten’ capricieus afwijst met de woorden: ‘No, mister Bond, I don’t want you to talk. I want you to die!’. Dat is even slikken voor James Bond die nu bijna aan den lijve ondervindt wat de bankier eerder in het verhaal bedoelde. ‘Goud is ook de talisman van de angst. Angst, mr. Bond, neemt goud uit circulatie en maakt dat het wordt opgepot voor kwade dagen’.
De verhalen over de geheimagent waren voor Ian Fleming zelf ook een goudmijn. In twaalf jaar verkocht hij dertig miljoen exemplaren van zijn toen geschreven boeken. Dat aantal zal inmiddels verveelvoudigd zijn. ‘Ik schrijf voor het geld’ vertrouwde de man met het gouden pennetje de interviewer van Playboy toe. Een opmerking, niet ontbloot van enige waarheidszin.
Casper Jansen
Share your thoughts