Precies driehonderd jaar geleden was Utrecht het politieke middelpunt van Europa. De oorlog tussen Spanje en Engeland lag op apengapen. Er moest alleen nog even vrede worden gesloten. Voor de vredesonderhandelingen was Utrecht in de race. Om verschillende redenen. De eerste was dat de Republiek der Verenigde Nederlanden in het conflict een onbeduidende partij was geweest. Dus konden er vanwege de keuze voor deze onderhandelingsplek geen diplomatieke builen worden gevallen. Verder beschikte de bisschopsstad over brede straten. Geen gering pluspunt omdat de koetsen met hoge sinjeurs erin bij het passeren dan niet voor elkaar hoefden te stoppen. Zo bleef eenieders ponteneur intact.
De Utrechtenaren hadden er wel oren naar want vrede brengt geld in het laatje. In Utrecht woonde in 1713 circa dertienduizend mensen. En van de ene op de andere dag zouden daar duizend zielen bijkomen. Die moesten allemaal worden gehuisvest. Voor de stuk of zestig onderhandelaars met hun entourage van secretarissen, kamerdienaren, barbiers en zelfs een pasteibakker schoten de huurprijzen dus omhoog. Overdreven natuurlijk, dat van die pasteibakker, want voor zo’n overheerlijke pastei wilde het Utrechtse bakkersgilde maar wat graag de eigen ovens opporren. De toeloop van gretig volk nam nog verder toe doordat de vredesonderhandelingen bijkans anderhalf jaar duurden. En na weer zo’n taaie dag van onderhandelen wilden de heren wel iets anders onder handen hebben. Te verkrijgen in de plaatselijke tapperijen en bij de dames van plezier. Hoge pruiken, plat vermaak.
De afgelopen week viel de aandacht voor de Vrede van Utrecht samen met het overlijden van de voormalige Britse premier Margaret Thatcher. De ‘IJzeren Dame’ was een gewiekst onderhandelaar. Zoals de Argentijnse Junta in 1981 tot hun schade en schade bemerkte na dat rare militaire en diplomatiek machismo rondom de Falkland Eilanden.
Voor de vredesonderhandelingen vaardigde de Junta een commissie af die steeds moest terugrapporteren hoe het gegaan was en wat ze hadden bereikt. Beviel dat de sterren en strepen niet dan moesten de onderhandelaars terug naar de onderhandeltafel. De Engelsen deden dat anders. Die bespraken de onderhandelingsresultaten rechtstreeks in het kabinet en creëerden zo voor zichzelf een technische, emotionele en ruisloze communicatieve voorsprong.
Net als indertijd in Utrecht. Daar werden de grote lijnen eerst in Parijs en Londen op het hoogste regeringsniveau bekonkeld. Het detaillistisch geneuzel en de juridische haarkloverijen deden ze maar in het stadhuis van Utrecht. Hadden die trotse Argentijnse militairen tijdig hun bokkenpruik afgezet en zich haastig in de Vrede van Utrecht verdiept. Dan waren die gewraakte eilanden allang omgedoopt tot de Malvinas.
Dus wil je winnen als bedrijf: houd de communicatieketen kort en gesloten en beperk je tot de hoofdlijnen.
Casper Jansen
Share your thoughts