Vroeger, toen ik op straat speelde – kinderen deden dat vroeger, buiten spelen – vroeg onze buurvrouw die slecht ter been was, me wel eens om een boodschapje voor haar te doen. Ze gebruikte dat verkleinwoordje omdat het altijd om iets kleins ging; een flesje koffieroom halen bij de kruidenier, een verjaardagskaart op de bus doen, dat soort dingen. Na gedane arbeid kreeg ik een toffee, een sprits, een muntje. Soms gaf ze niks. Dan zei ze: “Bedankt, Casper!’ En dan zei ik: “Niets te danken, buurvrouw’. En dat was het dan, voor die keer.

 

In Amerika is onlangs een bezorgdienst nieuwe stijl ‘crowd sourced delivery’ van start gegaan die nu al de Amazon.com onder de bezorgdiensten wordt genoemd. Het is een logistiek platform dat regelt dat je aankopen bij verschillende winkels worden opgehaald en thuisbezorgd. Er wordt gewerkt met freelancers die een commissie krijgen, op basis van het aantal orders of bestellingen. Of je ook geholpen wordt als je alleen maar een paar sokken uit de ene winkel wilt en een pakje aanmaakblokjes voor de barbecue uit de andere, weet ik niet. Zou kunnen want de crux is de kleinschaligheid; de bezorgers worden ingezet per woonwijk of dorp. Grote kans dus dat je buurjongen bij je aanbelt.

 

Sommige economen zeggen dat economie amoreel is, en dat je economische beslissingen niet langs een morele meetlaat mag leggen. Kijken we evenwel door de bril van de mantelzorg naar deze gemaksdienst dan zie je dat economische beslissingen wel degelijk een morele component in zich bergen.

 

Het verhaal van de barmhartige Samaritaan die in de winter zijn mantel doormidden scheurde om die te delen met een schamel geklede bedelaar, kent iedereen. Ook de kanttekening zal bekend zijn dat dit niet zo handig van ‘m is omdat feitelijk geen van de twee er veel mee opschoot; daarna hadden ze het immers allebei koud. Deze utilitaire blik op naastenliefde laat zien dat niet alles wat we voor elkaar doen altijd en overal de vorm van een economische transactie hoeft aan te nemen. Oh zeker, voor de in Maastricht wonende dochter van de bedlegerige buurvrouw in Assen is het een hele uitkomst. En dat de service door buurtgenoten wordt verleend, geeft het zelfs iets gezelligs. Tegelijk loopt de mantelzorg het gevaar erdoor te worden gecommercialiseerd. Nog een stap verder en de bezorger komt ook oma’s steunkousen aantrekken. Zeker niet de bedoeling van de innovatieve bezorgdienst. Maar dat zie je wel vaker in de economie: we zetten in op het een en bereiken het ander.

 

Om de een of andere reden laat me dat deze keer niet koud.

 

Casper Jansen